Gepubliceerd op 21-06-2017

Vlag

betekenis & definitie

de (rode) - hangt uit, ze is ongesteld, ze heeft menstruatie. Ook wel ze heeft vlaggetjesdag. Cliché-uitdr., die verwijst naar Nederlands traditie als zeevarende natie. In de 17de eeuw werd een rode vlag gehesen als sein voor de aanval. Deze vlag werd door zeelui de bloedvlag genoemd.

Volgens het WNT komt de uitdr. al sinds 1629 voor. Eveneens vermeld door Boekenoogen en Harrebomée. Ook in het Engelse slang kent men gelijkaardige uitdr.: it’s flag day; theflag is up; to haveflags out; verder red sails in the sunset. Vgl. ook Duits sie hat die rote Fahne/Flaggeaufgezogen. De verwijzing naar de rode kleur van het menstruatiebloed vinden we eveneens terug in de uitdr. de rode racewagen staat voorde deur ende (rode) Russen op bezoek hebben. Voor syn. zie opoe (op bezoek hebben).

Het Arabische loeder had de rode vlag uithangen. (Jan Cremer: Ik Jan Cremer. Eerste Boek, 1964) ‘Gotsalmijliefhebbe,’ schold ik tegen Claudia,

‘had je niet kunnen zeggen dat de vlag uithing? Zometeen moeten we nog betalen om de lakens schoon te laten maken.’ (Jan Cremer: Ik Jan Cremer. Tweede Boek, 1966)

Naast de rode prullenmand lag een wit broekje met daarop aan de voorkant het woord Vrijdag geborduurd en een veelbetekenend rood vlekje in het kruis, bedoeld om de middelbare schoolmythe in herinnering te brengen dat een meisje dat op vrijdag rode kleren droeg ‘de vlag had uithangen’. (Emma en Lodewijk Brunt: Het goede leven, 1981) Vrouwen hebben iedere maand de rode vlag uit ... (René Stoute: Het grimmig genieten, 1991)

Ze mocht dan wel chagrijnig zijn als de rode vlag uithing, dat was tot daar aan toe, maar dat ze het nu godverdomme ook nog vertikte om de pispot door te trekken, ging te ver. (Henk Verhaeren:

Zee, 1992)