Gepubliceerd op 21-06-2017

Lens slaan/schoppen/trappen

betekenis & definitie

verrot slaan, schoppen; heel erg afranselen. Letterlijk bet. lens ‘leeg’, meer bepaald m.b.t. een lege pomp. In die zin werd het al gebruikt in de Middeleeuwen. Lens zijn kan dan ook bet. ‘geen geld meer hebben; blut zijn (een lege portemonnee hebben)’. Elet WNT citeert hier Marin: ‘Ik ben lens, bluts gespeeld’, en De Bo: ‘Ligt ge misschien lenze?’. Vgl. ook lekschoppen.

Als jullie dorst hebbe, zuip-ie de kalkput maar lens. (Willem van Iependaal: Polletje Piekhaar, 1935)

Ik trap je lens. (Johan Fabricius: Jongensspel, 1963) ... op het moment dat een Italiaan ons strafschopgebied is genaderd en door Silooy of Blind wordt lensgetrapt. (De Volkskrant, 09/05/92)

En als de AWB onwettig wordt verklaard, slaan we ze lens. (Nieuwe Revu, 22/10/93)

Als je je maar lens zuipt aan dit laffe EO-bier en met de letters onder de kroonkurk de naam van de ex-stervoetballer bij elkaar spaart, maak je kans op T-shirts, horloges, openers en wie weet een droomreisje. (HP/De Tijd, 08/04/94)

< >