een - krijgen
een bekeuring, uitbrander, afstraffing krijgen. Tegenwoor-dig duikt dit Bargoense woord vooral op in de verkorte vorm katje.Zie ook afkatten.
Zonder bekattering en groot papier? (Willem van Iependaal: Adam in ongenade, 1938)
En als het misgaat, wéér een bekattering met grote regie... (Willem van Iependaal: De dans om de rinkelbom, 1939)
Nooit neemt ze wat voor zichzelf, en nu, die ene keer krijgt ze een bekattering. (Sal Santen: De kortste weg, 1979)
Ik ben de hele tijd doodsbang geweest dat ik een bekattering zou krijgen. (W.F. Hermans: Uit talloos veel miljoenen, 1981)