Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Ticino

betekenis & definitie

Ticino - of Tessino (Duitsch: Tessin), 1) linker zijrivier van de Po; ontspringt bij de Nufenenpas, stroomt eerst door het Val Bedretto genoemde lengtedal, tusschen het St.-Gothardmassief en de Lepontische Alpen door, waarvan hij talrijke bronbeken ontvangt en gaat dan, als een echte bergstroom, Z.O.-waarts door het Val Leventina. Na Biasca, waar hij van rechts de Brenno, en vooral na Bellinzona, waar hij de Moesa opneemt, wordt het, nu Riviera genoemde dal, breeder en moerassig, terwijl de rivier in talrijke kronkels en takken er door heen stroomt naar het Lago Maggiore, waardoor haar verdere loop gereguleerd wordt. Na het verlaten van het meer snijdt zij eerst door het diluviale heuvel- en vlakland, in het laatste in een 4 K.M. breed dal en stroomt dan als ingedijkte laaglandsrivier door het alluviale gedeelte der Povlakte, om de hoofdrivier even beneden Pavia te bereiken. De T. is 248 K.M. lang.

2) Kanton van Zwitserland; 2810 K.M.2, 160.000 inw.; omvat het gebied van den bovenloop der gelijkn. rivier. In het N. hebben klimaat en plantengroei nog een hooggebergtekarakter, in het Z. wordt de plantengroei meer Zuidelijk. Ten N. van den Monte Ceneri bestaan de wouden grootendeels uit naaldhout, ten Z. ervan uit loofhout. Ook komen veel weiden voor. De bevolking spreekt Italiaansch. Zij leeft van landbouw (maïs, tarwe) en vruchtenteelt (kastanjes tot 900 M., noten, hazelnoten); in het Z. ook perziken, moerbeien, vijgen; aan de oevers van het Meer van Lugano zelfs olijven en andere zuidvruchten.

Ook is de wijnbouw zeer belangrijk. De veeteelt levert vooral veel geiten. Verder is ook het vreemdelingenverkeer een belangrijk middel van bestaan, vooral bij de schoone meren. Het bergland is vrij eentonig. T. is een belangrijk doorgangsland voor het internationaal verkeer, doordat de St.-Gothardweg er doorheen loopt. Hoofdstad is Bellinzona; de grootste stad is Lugano.

< >