Ontploffing - is een omzetting van een ontplofbare stof in gassen, waarbij de gasdruk zoo snel wordt gevormd, dat de wanden, welke de springstof omgeven, geen gelegenheid vinden, om uit te wijken. Een volledige ontploffing wordt detonatie genoemd. Bij de ontploffing ontstaat, door een voortdurende omzetting van arbeidsvermogen, een regelmatige afwisseling van schokken en ontledingen, een ontploffings-, c. q. detonatiegolf van schokken of trillingen, welke zich met een groote ontploffings-, c. q. detonatiesnelheid door de springstof voortplanten. Volgens Bichel bedraagt de detonatiesnelheid in Meters per seconde voor springgelatine 7700, kiezelgoerdynamiet 6818, schietkatoen 6383, pikrinezuur 8183, trinitrotoluol 7618.
Bij ingesloten ladingen, b.v. in boorgaten, is de detonatiesnelheid grooter dan bij detonatie in de lucht. Bij de ontploffing wordt onderscheid gemaakt tusschen de ontstekingstemperatuur, waarbij de ontplofbare stof detoneert of ontploft, en de detonatie- of ontploffingstemperatuur, welke gedurende de detonatie of de ontploffing ontstaat. Bedraagt de ontstekingstemperatuur in graden Celsius voor nitroglycerine 108—205, springgelatine 240, schietkatoen 200 en pikrinezuur 340, zoo zijn voor deze springstoffen de detonatietemperaturen achtereenvolgens ongeveer 3470, 3540, 2710 en 2430 graden Celsius. De warmte, welke bij de scheikundige ontleding van de springstof bij de ontploffing wordt ontwikkeld, wordt ontploffingswarmte genoemd.
