Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Lak

betekenis & definitie

Lak - 1) als zegellak, dienende tot het afsluiten van couverts en pakken, wordt althans voor de goede kwaliteiten, bereid uit gummilak met Venetiaansche terpentijn, en gekleurd met zinnober (b.v. 4:1:1). Voor de niet-roode soorten treedt schellak in de plaats der gummilak, in de minderwaardige soorten (paklak e. d.) colophonium of andere harssoorten. Goede paklak (niet bros!) kan ook bestaan uit hars en bijenwas (4:1).

Bruin gekleurd met bruin ijzeroxyd, groen met chroomoxyd. Dameszegellak wordt met welriekende harsen als storax of benzoë geparfumeerd.

2) (verftechniek), een mengsel van verven en vernissen, bestaat dus uit beider elementen: verfstof, lijnolie, de een of andere harssoort en een oplosmiddel voor de laatste, als alcohol, aceton, amylacelaat, terpentijnolie, benzine. Ook vernis zelf wordt meermalen L. genoemd. Asfaltlak bevat in plaats van, of naast hars, asfalt. L. droogt veel sneller dan gewone lijnolieverf (omstr. 1 dag) en kan een veel glanzender oppervlak verkrijgen. De glans is evenwel tegenwoordig geen essentieele eigenschap meer, aangezien ook matte lakken in den handel komen. Als regel geldt, dat L. niet direct op het te schilderen voorwerp wordt aangebracht, doch op eenige lagen ondergrond als laatste deklaag. Zie verder VERNIS.
3) (versieringstechniek), Japansch, Chineesch en Indisch lakwerk, is afkomstig van een boom, Rhus vernicifera, welke in geheel Oost-Azië inheemsch is. Door insnijding in den stam wordt hieruit het laksap verkregen, de beste in den zomer, van dunne takken beter dan van dikke. De ruwe lak is grijs-wit, doch kleurt zich aan de lucht weldra bruin door oxydatie onder medewerking van een enzym laccase. Zij wordt door papier gefiltreerd, en eenigen tijd aan licht en lucht geroerd, waardoor zij dikker wordt. In Japan wordt daarna ca. 20 % olie toegevoegd en de noodige kleurstoffen. Zwarte lak wordt verkregen door mengen met water, dat eenigen tijd op ijzerafval heeft gestaan.

De l. neemt dan een zwarte kleur aan door de vorming van organische ijzerverbindingen, waarna het water weer zorgvuldig wordt afgescheiden. De echte Japansche l. overtreft alle Westersche nabootsingen verre aan glans en duurzaamheid en taaiheid. Voor details zie H. Pudor, Zur Chemie des Japanischen Lackes, Wochenschr. d. Nieder-Oesterr. Gewerbe-Ver. 1906 pag. 83. Verg. verder LAKKLEURSTOFFEN.