Houtvester - het Duitsche Oberförster, een ambtenaar in een bepaald boschcomplex belast met het beheer daarover. Meer dan bij ons is in Duitschland ook het beheer van de jacht een gewichtige taak van den h. Het particuliere boschbezit is, met enkele uitzonderingen (o. a. de bosschen van het koninklijk domein) hier te lande in den regel van te kleinen omvang voor een houtvesterij, tenzij eenige te zamen onder beheer van een houtvester worden gesteld (zooals bij de Ned. Heidemaatschappij). De Staat heeft hier en in Indië, evenals ook andere landen dat hebben, het staatsboschbezit ingedeeld in houtvesterijen, aan welker hoofd een houtvester staat. — Over h. in Indië, zie BOSCHWEZEN.
De opleiding tot houtvester vindt plaats op boschbouwhoogescholen, die in bijna alle beschaafde landen bestaan, hetzij als zelfstandige hoogescholen, hetzij verbonden met landb. en andere technische hoogescholen of aan een universiteit. Hier te lande vindt de studie plaats op de Landb; hoogeschool te Wageningen, waar een der studierichtingen Boschbouw is. Zie ook BOSCHBOUWONDERWIJS. De practische opleiding wordt genoten in houtvesterijen en op ontginningen, in Nederland en het buitenland. Zie verder ook STAATSBOSCHBEHEER.
