houtvester
houtvester - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) een technische, administratieve en commerciële beheerder van bos ♢ Adriaan werkt daar als een houtvester. Woordherkomst samenstelling van hout en vester
Wiktionary (2019)
houtvester - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) een technische, administratieve en commerciële beheerder van bos ♢ Adriaan werkt daar als een houtvester. Woordherkomst samenstelling van hout en vester
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), ambtenaar die belast is met de zorg voor het bos, de handhaving van jacht- en bosrecht in een bepaald district; thans alleen als opzichter in particuliere dienst, maar in Indië als titel van een bep. rang.
M. J. Koenen's (1937)
m. -s; (Duits: Förster, van Forst = woud); ambtenaar, persoon belast met het toezicht op een bos (of: de bossen) van zeker gebied): de houtvesters op Java.
Dr. L.M. Metz (1937)
Boschbouwkundige met wetenschappelijke opleiding. De naam is al oud: zoo lezen wij in de geschiedenisboeken, dat Jakoba van Beieren bij haar huwelijk met Frans van Borselen in 1433 het houtvesterschap van de Haarlemmermeer mocht behouden. Na het herstel onzer onafhankelijkheid in 1814 werd het oppertoezicht over jacht en visscherij opgedragen aan e...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Houtvester - het Duitsche Oberförster, een ambtenaar in een bepaald boschcomplex belast met het beheer daarover. Meer dan bij ons is in Duitschland ook het beheer van de jacht een gewichtige taak van den h. Het particuliere boschbezit is, met enkele uitzonderingen (o. a. de bosschen van het koninklijk domein) hier te lande in den regel van te klein...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: