Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Haas

betekenis & definitie

Haas - Lepus, geslacht van zoogdieren van de knaagdierenfamilie der Haasachtigen, met omstreeks 40 soorten, waaronder het konijn. De gewone haas, Lepus europaeus, welke in Europa van Portugal tot aan den Oeral en den Kaukasus wordt aangetroffen en in Zweden, Noorwegen en Noordelijk Rusland wordt vervangen door den sneeuwhaas, wordt 30 c.M. hoog, tot 75 c.M. lang (waarvan 8 c.M. op den staart komen), en in den regel 4 tot 6 K.G. zwaar ; hij voedt zich met weeke plantendeelen, vooral met bladeren, des winters ook met boomschors. De lengte der ooren (lepels) bedraagt tot 14 c.M. Het is een uiterst vreesachtig, schichtig dier, buitengewoon scherp van reuk en van gehoor; hoewel hij daarenboven nog zeer snel loopt, zou hij bij een minder sterke vermenigvuldiging reeds lang zijn uitgeroeid. Het wijfje, dat reeds op het einde van het eerste levensjaar geslachtsrijp is, werpt tweetot vijfmaal per jaar twee tot vijf jongen, heeft een dracht van slechts vier weken en laat de jongen spoedig aan hun lot over.

Deze zijn na 15 maanden volwassen, doch reeds binnen het jaar geslachtsrijp. Men neemt aan, dat een haas in onze streken 7—8 jaar oud kan worden, indien hij op den duur het leger van hem belagende vijanden weet te ontkomen. Het mannetje is korter dan het wijfje en heeft kortere ooren en korteren staart, terwijl de bruinroode kleur bij de mannetjes iets donkerder is. De haas laat zich licht temmen en ook eenigszins africhten; hij is in gevangenschap echter moeilijk in het leven te houden, nog het best wanneer men in staat is hem zijn lievelingsplant, de hazenkervel (Achillea millefolium) te verstrekken, aangevuld met salade, klaver, acaciabladen en water. De haas slaapt met de oogen open ; zijn gezicht is overigens uiterst zwak, zoodat hij zich geheel op zijn reuk en gehoor verlaat.

Hij wordt op verschillende manieren gejaagd. De hazen worden tot het kleine wild gerekend. Hazenvleesch is zacht en licht verteerbaar. Van het haar der hazen maakt men een soort vilthoeden ; ook wordt het met katoen of zijde versponnen tot een fluweelachtige dameskleedingstof; geheele vellen verwerkt men ook tot pelswerk.