Eikenprocessierups - rups van een nachtvlinder, Cnethocampa processionis. Komt in ons land in de Z.O. provincies voor, doorgaans vrij zeldzaam, soms echter in grooten getale. De wijfjes leggen in het najaar op eikenschors talrijke eieren, die overwinteren. In Mei of Juni komen de rupsen uit; zij zijn sterk harig; de haren veroorzaken heftige irritatie op de huid.
Gezamenlijk spinnen zich de rupsen een gemeenschappelijk nest tegen den eikenstam, vooral bij den wortel van een zwaren tak. Worden de rupsen grooter, dan vergrooten zij het nest langzamerhand. Overdag blijven zij in het nest; des avonds kruipen zij eruit door eene opening aan de onderzijde, om voedsel te gaan zoeken. Dit doen zij in den vorm van eene processie; 1 rups gaat voorop, dan komen er 2,3, enz. tot 7, waarna het aantal constant blijft, om tegen het einde van 7 weder op 1 te te dalen. De processie trekt langs een tak en verdeelt zich in het gebladerte, dat zij aanvreten. Tegen den morgen keeren zij weder in processie naar het nest terug. De tot 6 c.M. lange rupsen verpoppen in het nest, de vlinder vliegt van Juli tot September. De beste verdelger is de poppenroover.
