Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-11-2018

Circumpolairsterren

betekenis & definitie

Circumpolairsterren - Sterren, die zoo dicht bij de hemelpool staan, dat zij voor een waainemingsplaats nooit ondergaan. Daar de hoogte van de Pool zelve boven den horizon gelijk is aan de geografische breedte (p, moet de poolsafstand der c. kleiner zijn dan cp, of S > 90° — cp. De c. gaan tweemaal per etmaal door den meridiaan (boven- en onderculminatie). Wordt de poolsafstand grooter dan cp, dan wordt de dagelijksche baan eener ster in dagboog en nachtboog verdeeld: de ster gaat op en onder.

Hoe verder de ster van de pool genomen wordt, des te kleiner wordt de dagboog, des te grooter de nachtboog; een ster in den evenaar (<5 = 0°) blijft 12 uur boven, 12 uur onder den horizon. Nog verder van de pool af krijgt de ster een steeds kleineren dagboog, totdat, als de poolsafstand 180° — cp is geworden — en dus de afstand tot de andere hemelpool cp — de ster niet meer opkomt en dus onzichtbaar is; zij is dan circumpolair voor den tegenvoeter*. Een aequatorbewoner ziet geen c.; voor hem liggen de beide hemelpolen in den horizon. Voor den poolbewoner zijn daarentegen de helft der sterren c., terwijl hij de andere helft nooit ziet. Zie SFEER.