Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Begieten (tuinb.)

betekenis & definitie

Begieten (tuinb.) - Men gebruikt hiervoor verschil lende vormen van gieters, groote en kleine, zoowel van zink als van koper vervaardigd; de laatste zijn ’t goedkoopst in gebruik ofschoon in aankoop het duurst. Het gieten is voor den tuinman een zeer be langrijk werk, waarop nauwkeurig moet worden acht gegeven. Bij voorkeur giet men met water, dat de zelfde temperatuur heeft als de grond, waarin de planten geplaatst zijn; ’t liefst gebruikt men regen of slootwater of in ieder geval water, dat eenigen tijd aan de lucht is blootgesteld geweest; stilstaand sloot water is, vooral voor kleine, jonge planten af te keuren. Men giet alleen geregeld als de planten aan den groei zijn; planten, welke tijdelijk in rust zijn en toch min of meer warm staan, giet men zeer spaar zaam, b.v. eens in de twee weken.

Planten met groote zachte bladeren, hebben veel water noodig, planten met vleezige, leerachtige bladeren veel minder. Plan ten, welke pas verpot of sterk ingesneden zijn, giet men één keer goed aan en dan niet meer, voordat ze opnieuw aan den groei zijn. Bloeiende planten heb ben veel water noodig. Het is beter niet dikwijls te gieten maar met flinke hoeveelheden, dan veelvuldig en weinig. Planten, die buiten staan, giet men zoo min mogelijk, alleen als ze in pot of kuip staan of wanneer ze pas verplant zijn en het lang droog weer blijft.