Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Bakspier

betekenis & definitie

Bakspier - of sloepuithouders (scheepsterm), rondhouten, met een ijzeren beslag draaibaar tegen boord van een schip bevestigd en gesteund door toppenenden, voor- en achtergeien. Zij dienen om er, ten anker liggende, de te water zijnde sloepen aan te bevestigen; z.g.n. op de b. te leggen. Zij hebben daartoe hangers met een oog met kous, voor de sloepsvanglijn, een jacobsladder, om uit de sloep op de spier te kunnen komen, en een handleider, tot steun van de menschen, die op de spier loopen. Onder stoom zijnde, wordt de spier langscheeps tegen boord bezorgd. Zie de fig.

< >