Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Arnoud

betekenis & definitie

Arnoud - of Arnold, van Egmond, Hertog van Gelre en Graaf van Zutphen, geb. 1410, overl. 1473, kwam in 1423 aan de regeering na den dood van Reinoud IV, die kinderloos gestorven was. Hij was de oudste zoon van Jan van Egmond en Maria van Arkel, een achterkleindochter van Hertog Reinoud II van Gelre, en door edelen, ridderschap en steden van Gelre en Zutphen als Hertog uitgeroepen. Het bezit van het hertogdom werd hem betwist door Adolf, Hertog van Gulik en Berg, die door den Keizer met Gelre werd beleend en tegen wien hij een kostbaren oorlog voerde. Daardoor in schulden geraakt, moest hij aan de edelen vele vrijheden toestaan, terwijl de Gelderschen gebukt gingen onder zware belastingen.

Wel kwam in 1436 een wapenstilstand met Gulik tot stand, maar de krijg ontbrandde opnieuw in 1444 en vermeerderde nog den schuldenlasten de ongelegenheid van Hertog A. Daarbij geraakte hij in twist met de stad Nijmegen, die zich zelfs meester maakte van de tollen te Lobit en te Buren. Zoo hoog steeg de geldelijke nood van den Hertog, dat hij zelfs in 1448 zijn kleinoodiën en huissieraden moest verpanden. Hij vertrok daar op naar Italië, terwijl hij het bestuur overliet aan zijn vrouw, Katharina van Kleef, met wie hij in 1430 was gehuwd. In 1452 teruggekeerd, geraakte hij al spoedig in twist met zijn zoon Adolf, die door zijn moeder en Philips, Hertog van Bourgondië, opgestookt, zich aan ’t hoofd plaatste der ontevreden steden en te Venloo als vorst des lands resideerde. Wel werd deze stad door Hertog A. ingenomen, waarop een verzoening tusschen hem en zijn vrouw plaats had en zijn zoon een pelgrimsreis naar Jeruzalem ondernam, maar de vrede duurde niet lang. Over den vernieuwden twist met Adolf en de gevolgen daarvan, zie ADOLF. Nadat A. bij het verdrag van St.-Omer in 1472 zijn landen aan Karel den Stoute van Bourgondië voor 300.000 goudguldens verpand had, overleed hij het volgende jaar te Grave.