Antraigues - (Emmanuel Henri Louis de Launay, graaf d’), Fransch avonturier en diplomaat, geb. 1755. Hij trad eerst in militairen dienst, verliet 1790 Frankrijk, en hield zich deels te Weenen, deels te St.-Petersburg op, steeds in dienst van de Bourbons. Op eene zending naar Italië werd hij op last van Bonaparte te Triëst gevangen genomen (1797); bij hem werden papieren gevonden, die het bewijs schenen in te houden van eene verstandhouding van generaal Pichegru met de prinsen van Condé in 1795. Intusschen wist A., waarschijnlijk met medeweten van Bonaparte, te ontsnappen; hij ging naar Rusland, ging tot den Griekschen godsdienst over, en werd ter behartiging der Russische belangen naar Dresden gezonden, waar de Oostenrijksche minister Cobenzl zich van hem bediende, om een defensief verbond met Rusland tot stand te brengen.
Tengevolge van zijn geschrift: Fragment du 18e livre de Polybe, trouvé sur le mont Athos tegen Napoleon, was de regeering te Dresden gedwongen op zijn terugroeping aan te dringen. Na zijn terugkeer in Rusland geraakte hij bekend met de tegen Engeland gerichte geheime artikelen van den vrede van Tilsit, en nam het besluit deze ontdekking dadelijk te gelde te maken. Hij ging naar Engeland en stelde het ministerie met de geheime artikelen in kennis, waardoor hij zoodanigen invloed in de Engelsche regeeringsbureau’s verkreeg, dat Canning in de aangelegenheden met Frankrijk niets zonder zijn raad en goedkeuring deed, en hem een ruim jaargeld toelegde. Hij bleef van toen af in Londen en onderhield een drukke correspondentie met het vasteland in het belang van Lodewijk XVIII. 22 Juli 1812 werd hij met zijn gade, de operazangeres Saint-Huberty, door hun Italiaanschen bediende vermoord.