Aardappelrooier - machine, waarmede de aardappelen gerooid worden. Men onderscheidt drie typen, welke alle gemeen hebben 1) loswoelen van den bodem, 2) het verzamelen der aardappelen.
het ploegtype: een diepe breede ploegschaar wordt naar boven voortgezet in een stangen-rooster, dat horizontaal omgebogen is, de aardappelen worden door de ploegschaar los en omhoog gewerkt, schuiven op het rooster, terwijl de aarde er tusschen door valt, en vallen ten slotte achter van het rooster boven op den grond.
het slingertype: aarde met de daarin aanwezige aardappelen wordt door een ploegschaar losgewoeld; rechthoekig op den ploegweg en onmiddellijk achter de schaar draait een vorkenrad met groote snelheid, dat de aardappelen zijwaarts wegslingert. Gewoonlijk worden zij door een zijscherm opgevangen en vallen zoodoende in een rij evenwijdig aan den ploegweg.
het zeeftype: de aarde wordt met een ploegschaar losgewoeld en daarna samen met de daarin aanwezige aardappelen door bekerwerken op eenplatten of cylindrischen zeef gebracht, waarop de aardappelen achterblijven en vandaar in zakken gestort worden.
De moeilijkheid ligt hoofdzakelijk in het uit den weg brengen van het loof, waartoe gebruik gemaakt wordt van haken, ruimers en dergl.