Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

zeef

betekenis & definitie

v./m. (zeven),

1. werktuig om korrelachtig materiaal in fijne en grovere bestanddelen te scheiden, of om vaste stoffen uit vloeistoffen te verwijderen; veelal bak met bodem vol gaatjes; melk door een — gieten; zo lek als een-; zij is zo dicht als een —, zij verklapt alles dadelijk; (fig.) iets dat schift: de grenscontrole werkt als een -.
2. (meetkunde) — van Eratosthenes, rekenkundige methode om de priemgetallen te vinden.

< >