Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-06-2020

objectiviteit (objektiviteit)

betekenis & definitie

[Fr.], v., geesteshouding die bij de beschouwing van een stand van zaken zich slechts laat leiden door de hoedanigheden van het object, zonder eigen subjectieve voorkeuren, vooroordelen, belangen of waardeoordelen te laten gelden.

(e) Objectiviteit kan voor ieder algemeen geldig zijn of op zodanige geldigheid aanspraak maken. Doordat alle kennisprocessen zich in een subject-objectrelatie afspelen en de eliminering van alle subjectieve elementen derhalve onmogelijk is, duidt het objectiviteitsideaal niet zozeer een vervulbare zaak als wel een oriëntatierichting van het streven aan.

In filosofie en wetenschap is tegen de eis van objectiviteit, die door alle rationalistische richtingen wordt verdedigd, sinds het midden van de 19e eeuw door zeer uiteenlopende denkers (Kierkegaard, Marx en Nietzsche) kritiek geoefend, (→levensfilosofie, →existentiefilosofie). In de wetenschapsbeoefening hangt de objectiviteitseis nauw samen met het vraagstuk van de →waardevrijheid.

< >