Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

gelden

betekenis & definitie

(gold, heeft gegolden),

1. zo’n waarde hebben als in een bepaling is uitgedrukt, zoveel waard zijn: zeldzaamheden die bij liefhebbers veel —; wat geldt het woord van een verrader?;
2. iets vermogen, iets betekenen, gezag, kracht of invloed hebben, of wel, in een bepaald geval te pas komen, van toepassing zijn: wijsheid geldt meer dan kracht; (van wetten, regels, rechten, bewijzen, meningen enz.) van kracht zijn, gezag hebben, heersen, of wel: van toepassing zijn (te weten in een bepaald geval): het Franse strafwetboek gold toen nog in Nederland; de meeste stemmen —; het geldende gebruik; van uitingen: hetzelfde geldt van hem, is op hem van toepassing: die uitspraak zal wel niet alleen van (of voor) Duitsland —;
3. in rekening gebracht worden, meetellen, tellen (in spelen enz.): die worp (met de bal) geldt niet;
4. gewaardeerd, geschat worden: niets (niet) — bij iemand, geen waarde hebben in zijn ogen; een vijf geldt voor onvoldoende, wordt aldus aangerekend; zijn smaak gold voor onberispelijk, werd als zodanig beschouwd;
5. in verbinding met doen of laten: zijn macht (zijn gezag, zijn invloed enz.) doen (of laten) —, ze doen erkennen, ze feitelijk doen gevoelen; rechten, aanspraken, eisen, enz. doen (of laten) —, ze doen erkennen, ze in hun waarde en wettigheid doen eerbiedigen, (ook) er gebruik van maken, zich erop beroepen; redenen doen (of laten) —, ze bijbrengen als wettige bewijsgronden of overredingsmiddelen; een bewijs, een reden, aanmerking enz. (door een ander bijgebracht of gemaakt) laten —, als wettig erkennen, als gegrond aannemen; (van personen) zich doen of laten -, zijn aanzien, gezag of invloed feitelijk doen gevoelen, (ook) zich aanstellen als een persoon van gewicht, een hoge toon voeren: hij liet zich -, alsof hij over alles meester was; in dezelfde zin ook van zaken: zijn smaak deed zich overal —; 6. ter aanduiding van een doel of strekking (met een pers. in de vierde nv.), gemunt zijn op, raken, aangaan, betreffen: die opmerking geldt hem; zijn bezoek gold u; ook vaak onpers.: het gold een zaak van gewicht.