Ned. letterkundige, *ca,1360 Dordrecht, ♱1431 klooster Sion, Beverwijk. Aanvankelijk was Mande clerc van de graaf van Oostervant.
Hij sloot zich aan bij de broeders van het gemene leven te Deventer, waar hij als bijbelverluchter naam maakte. In 1395 werd hij opgenomen als lekebroeder in het klooster van Windesheim bij Zwolle. Mande schreef 14 mystieke werken, o.a. naar het voorbeeld van Hadewych en Ruusbroec, zonder evenwel hun hoogte te bereiken. Hij slaagde er echter in de levensopvatting van de mystieken in. een aangepaste vorm onder het volk te verbreiden, zoals in zijn Van drien staten eens bekierden mensche.
LITT. B.Spaapen, H.Mande (1951; met bloemlezing).