Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

koesteren

betekenis & definitie

(koesterde, heeft gekoesterd), (overg.)

1.levenwekkende, weldadige warmte geven aan, verwarmen: de zon koestert het aardrijk met haar stralen; (fig.) koesterende gezelligheid;
2. liefderijk verzorgen, vertroetelen: zij koestert haar kind;
3. opkweken, voeden en onderhouden: een slang aan of in zijn boezem —; (meestal fig.) hoop, liefde, wantrouwen, haat tegen iemand —; argwaan, boze gedachten , hebben; het voornemen ; voornemens zijn;
4. zich , zich verwarmen; zich in de zon —; (fig.) zich in iemands liefde —.