Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

harttoon

betekenis & definitie

m. (-tonen), geluid dat men waarneemt bij auscultatie boven het gebied waar het hart in de borstholte ligt.

(e) Bij →auscultatie hoort men per hartslag twee opeenvolgende harttonen, waarvan de eerste doffer is en langer duurt dan de tweede. De eerste toon wordt toegeschreven aan het samentrekken van de kamers en de wervelingen in het bloed tijdens het sluiten van de kleppen tussen boezems en kamers. De tweede harttoon ontstaat tijdens de verslapping van de hartspier door de wervelingen in het bloed bij de sluiting van de kleppen aan het begin van longslagader en aorta. Men noemt de eerste dan ook wel de systolische en de tweede de diastolische harttoon. Afwijkingen aan de hartkleppen veranderen de harttoon, waarbij de toon in een geruis kan overgaan (soufflé). Hartklepgebreken kunnen op deze wijze nader gediagnostiseerd worden.