Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

handgranaat

betekenis & definitie

v./m. (-naten), een met springlading gevuld projectiel dat met de hand geworpen kan worden.

(e) De handgranaat dateert uit de 16e eeuw, raakte later in onbruik, maar werd weer belangrijk in de Russisch-Japanse Oorlog (1904—05). In de Eerste Wereldoorlog heeft de handgranaat een belangrijke rol gespeeld in de loopgravenoorlog. Men kent:

1. de handgranaat met grote scherfwerking: gietijzeren voorwerp, gevuld met een sterk explosieve lading (ca. 0,7 kg), en dodelijke scherfwerking tot ca. 25 m van het springpunt; ze wordt gebruikt bij het zuiveren van onderkomens en gebouwen, tegen bemanningen van gepantserde voertuigen, eveneens bij alle gevechten op korte afstand, zoals bosen straatgevechten;
2. de zuivere aanvalshandgranaat, vervaardigd uit stoffen die een kleine volumieke massa en een dodelijke luchtdruk dicht bij het springpunt hebben (0,3 kg), de scherfwerking gering, de morele uitwerking groot;
3. de rookhandgranaat (0,3 kg) verspreidt gedurende 1—2 min een donkergrijze rook;
4. de traangashandgranaat met gaspatroon, die na ontbranding gedurende ca. lmin een stroom van traangas ontwikkelt;
5. de fosforhandgranaat (met zgn. witte fosfor in geplastificeerde vorm) bleek in de Tweede Wereldoorlog een effectief middel te zijn om de vij and uit zijn versterkingen te verdrijven; het is een brandgranaat.

< >