m. (-en), een uit een op een weerkaart weergegeven luchtdrukverdeling berekende wind.
(e) De gradiëntwind heeft een richting die evenwijdig is aan de isobaren en waarvan de snelheid in zoverre verschilt van de →geostrofische wind, dat ook rekening is gehouden met de centrifugale kracht, die optreedt bij gekromde luchtbanen. Cyclonale kromming van de isobaren geeft een reductie ten opzichte van de geostrofische wind, anticyclonale kromming een vermeerdering. De gradiëntwind is een betere benadering van de werkelijke wind dan de geostrofische wind. In de vrije atmosfeer boven ca. 1000 m hoogte is de gradiëntwind praktisch gelijk aan de werkelijke wind. Dichter bij de grond speelt de wrijving echter een belangrijke rol. Daardoor is de werkelijke wind in de onderste luchtlagen zwakker dan de gradiëntwind en waait hij op gematigde breedten onder een hoek van 10° (boven zee) tot 45° (boven land) ten opzichte van de isobaren naar de lagedrukzijde.