Pieter Sjoerd, Ned. staatsman, *13.4. 1885 Goëngamieden (bij Sneek), ♱7.9.1961 ’s-Gravenhage. Gerbrandy studeerde rechten en was advocaat te Leiden en Sneek.
In 1930 werd hij hoogleraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. In 1939 werd hij voor de Antirevolutionaire Partij minister van Justitie in het kabinet-De Geer. Gerbrandy nam tijdens de Tweede Wereldoorlog in sept. 1940 de leiding van de regering in Londen op zich, na het aftreden van De Geer. Deze positie behield hij tot 1945. Hij beheerde achtereenvolgens ook de portefeuilles van Justitie, Koloniën en Algemene Oorlogvoering. Na zijn terugkeer in het bevrijde zuiden van Nederland, forceerde hij een kabinetscrisis.
Op 23.2.1945 vormde hij een tweede ministerie zonder socialisten, maar met een sterke rooms-katholieke vertegenwoordiging en een aantal leden van de vm. Ned. Unie; dit kabinet stond sterk onder invloed van het Militair Gezag, en bestond tot 24.6.1945. Gerbrandy was van 1948—58 lid van de Tweede Kamer. In 1955 werd hij minister van Staat. In de jaren 1946-50 verzette hij zich fel tegen de losmaking van Indonesië uit het rijksverband.
Gerbrandy bekleedde ook in het bedrijfsleven vele functies. Werk: Enige hoofdpunten van het regeringsbeleid in Londen gedurende de oorlogsjaren 1940-45 (1946).litt. Verslagen Parlementaire Enquêtecommissie Regeringsbeleid 1940—1945 (II, V, VII en VIII, 1949-56).