v./m. (mv.), Aziatische antilopen, die tot op Sumatra voorkomen.
(e) De geitantilopen vormen een groep van antiloopachtige geiten omvattende de gorals of berggeiten, de takins of ➝rundergemzen, en de ➝gems en ➝sneeuwgeit, die te zamen met de echte geiten, schapen en muskusossen tot de onderfamilie Caprinae (familie Bovidae) gerekend worden. De gorals zijn bergbewoners van Azië en omvatten slechts twee soorten, de goral (Nemorhaedus goral), die 2000-4000 m van de westelijke Himalaja tot in Korea voorkomt, en de kambing-oetan (Capricornis sumatraensis), die van Japan tot op Sumatra voorkomt (de Japanse vorm wordt wel als een afzonderlijke soort beschouwd). De berggeiten zijn over het algemeen weinig bekend; enkele ondersoorten dreigen door overbejaging uit te sterven.