Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Badland [eng.], o. (-s), een gebied met een uiterst fijn versneden reliëf van steile ruggen en diepe geu- len

betekenis & definitie

Badland [eng.], o. (-s), een gebied met een uiterst fijn versneden reliëf van steile ruggen en diepe geu- len - De badlands zijn bekend geworden uit ZuidDakota (VS), waar de streek met deze topografie door Franse reizigers uit de 17e eeuw werd beschreven als ‘mauvaises terres pour traverser’.

De badlands komen in alle halfdroge klimaatsgebieden voor op spaarzaam begroeide, slecht doorlatende en niet of weinig verkitte gesteentes als kleien en mergels. Vallende regen kan hier niet indringen en moet oppervlakkig afstromen. Hierbij worden zeer veel kleine geultjes gevormd, die op den duur uitgroeien tot diepe geulen met steile wanden. Alle vlakke delen verdwijnen en tenslotte blijven slechts scherpe kammen over.

De invloed van de mens op het ontstaan van de badlands is groot. In de halfdroge gebieden met de van nature kwetsbare vegetatie, heeft de verwijdering van de natuurlijke begroeiing (b.v. voor de landbouw) de vorming ervan sterk bevorderd.