Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

aanjagen

betekenis & definitie

aan'jagen (jaagde, joeg aan, heeft en is aangejaagd), I. overg., 1. ergens heen jagen; snel voortdrijven; 2. aansporen, aanzetten; 3. plotseling veroorzaken bij: iemand schrik, vrees, schaamte 4. vuur —, feller aanstoken. II. onoverg., snel rijdend naderen: daar kwam de taxichauffeur aangejaagd, snel aanrijden.