Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

titanen

betekenis & definitie

reuzen op hun vakgebied

uitspraak
[tie-ta-nuhn]

citaat
“Roger Federer heeft opnieuw laten zien nog lang niet afgeschreven te hoeven worden. In Indian Wells versloeg hij wederom zijn eeuwige rivaal Rafael Nadal.
(...) Zesenhalve week geleden stonden de twee titanen ook al verrassend tegenover elkaar, in de finale van de Australian Open.”
Bron: woordfeit
In de Griekse mythologie komt het reuzengeslacht van de Titanen voor. Deze nakomelingen van de goden Gaea en Uranus probeerden – tevergeefs – de hemel (de Olympus) te bestormen en te veroveren op de goden. Aan hun heldhaftige strijd dankt het Nederlands onder meer het woord titanenstrijd voor een reusachtige, geweldige strijd. Het woord titanen ging in figuurlijke zin ‘reuzen op hun eigen (vak)gebied’ betekenen en ‘personen die zich heldhaftig verzetten tegen heer¬sen¬de op¬vat¬tin¬gen op een bepaald ge¬bied’.
Eén reus uit het Titanengeslacht is een Titan. Een ‘reus, grootheid op zijn vakgebied’ is van oudsher dus een titan. Maar doordat titanen (met lange a) zo vaak in het meervoud voorkomt, komt naast titan tegenwoordig ook de vorm titaan voor.

< >