Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

arglistig

betekenis & definitie

betekenis
boosaardig, sluw

uitspraak
[arg-lis-tuhg]

citaat
"Bij bespreking van dat agendapunt wezen de synodeleden op het belang van gefilterd internet. 'De gevaren nemen toe en onze harten zijn arglistig.' Gebruik van internet vraagt grote terughoudendheid, stelden de afgevaardigden van de NRC, zusterkerk van de Gereformeerde Gemeenten."
Bron: Synode NRC terughoudend met plaatsen van preken op internet (Reformatorisch Dagblad, 22 september 2014)

woordfeit
Arglistig is een afleiding van arglist 'boze bedoeling, bedrog', dat bestaat uit het oude woord arg 'slecht' (een voorloper van erg) en list in de betekenis 'vaardigheid, slimheid'.
Het citaat hierboven bevat een verwijzing naar de bijbeltekst Jeremia 17:9, in de Statenvertaling: "Arglistig is het hart, meer dan enig ding". Daarmee wordt volgens de website Bijbelencultuur.nl bedoeld "dat de mens met boosaardige en listige bedoelingen te werk gaat. Hij is dus door en door onbetrouwbaar en eropuit om te bedriegen." Nieuwere bijbelvertalingen gebruiken niet arglistig, maar onbetrouwbaar.