Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Gepubliceerd op 27-08-2019

MYH16

betekenis & definitie

“Myosin Heavy Chain 16”; spiereiwit dat bij zoogdieren tot expressie komt in het gehemelte en de slaapspier; bij de mens gemuteerd en niet functioneel; in verband gebracht met de groei van de hersenen

Myosines vormen een grote familie van eiwitten die bekend staan om hun betrokkenheid bij spiercontracties. De moleculaire motor die de contracties bewerkstelligt bestaat uit twee “zware” en twee “lichte” ketens die rond elkaar gewonden zijn. De zware ketens zijn verantwoordelijk voor de krachtige slag waarmee onder splitsing van ATP een actinefilament langs het myosinecomplex getrokken wordt.

MYH16 is een van de iso-vormen betrokken bij kauwbewegingen uitgevoerd door de musculus temporalis. Deze spier grijpt bij zoogdieren, inclusief primaten, aan op het midden van de schedel (die voor dit doel soms een speciale richel heeft, de sagittale kam). Bij de mens echter grijpt de m. temporalis aan halverwege de schedel. Onze kauwspier is kleiner en navenant zwakker.

In 2004 ontdekte men dat MYH16 bij de mens gemuteerd is; het eiwit komt vanwege een deletie in het open leesraam maar gedeeltelijk tot expressie, is niet functioneel en wordt weer afgebroken. Men dateerde de mutatie aanvankelijk op 2,4 Ma BP, een tijd die overeenkomt met het begin van de groei van de hersenen bij Homo erectus. Het idee was dat verzwakking van de m. temporalis de groei van de hersenen heeft mogelijk gemaakt. Dit is niet vreemd gedacht omdat spieren vaak de groei van de beenderen waar ze aan vast hechten beïnvloeden.

Later is de deletie echter gedateerd op 5,4 Ma BP, een moment zelfs vóór Australopithecus, die nog kleine hersenen had. Dus of de mutatie in MYH16 echt iets te maken heeft met de toename van het hersenvolume bij homininen is onzeker.