Mythologische Encyclopedie

Dr. A. van Anken (1961)

Gepubliceerd op 08-04-2020

ERECHTHEUS

betekenis & definitie

1. Oudattische heros, ook Erichthonius genaamd, zoon van Hephaestus en Gaea, en evenals Cecrops: stamvader van Attica.

Hij werd door zijn moeder aan de godin Athena toevertrouwd ter opvoeding. Daarom zou hij, na heerser over Attica te zijn geworden, de eredienst van Athena in het land hebben ingevoerd. Evenals van Cecrops, werd ook van hem gezegd dat hij als scheidsrechter optrad bij de twist tussen Poseidon en Athena over het bezit van Attica, en tezamen met beide goden werd hij vereerd in de tempel op de Acropolis, bekend als het Erechtheum, waar zich ook zijn graf bevond. V.s. was hij identiek met Erichthonius, waarvan men meende dat hij als zuigeling, in een mand aan de dochters van Cecrops was toevertrouwd (z Aglaurui).2. Zoon van Pandion en de nimf Zeuxippe, broeder van Butes, Procne en Philomela. Hij was koning van Athene, en kleinzoon van Erechtheus no. 1. Tijdens zijn regering zou Athene bedreigd zijn door een leger van Thraciërs en inwoners van Eleusis, onder aanvoering van Eumolpus. Op aansporing van het orakel offerde Erechtheus een zijner dochters aan de onderwereld, waarna de overwinning op zijn vijanden verzekerd was. Eumolpus sneuvelde, doch op zijn gebed vond ook Erechtheus de dood, en wel door de straffende bliksem van Zeus. Volgens een andere traditie echter, was er oorspronkelijk slechts één Erechtheus.

ICONOGRAFIE Op een schaal van de zgn. Codrus-schilder (2de helft der 5de eeuw v.C.) te Berlijn, ziet men moeder Gaea, die het kind Erechtheus overrijkt aan Athena. Cecrops, voorgesteld met het onderlijf van een slang, kijkt ernstig toe.

Zie Hephaestus, Gaea, Cecrops, Pandion, Zeuxippe

< >