Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

wet

betekenis & definitie

wet - zelfstandig naamwoord

1. regel van de overheid waar iedereen zich aan moet houden
♢ iedereen moet de wet kennen
1. het is geen wet van Meden en Perzen
[geen regel waar iedereen zich aan moet houden]
2. hem de wet voorschrijven
[zeggen wat hij wel of niet mag doen]
3. wet is wet
[de wet moet nageleefd worden, al is het moeilijk]
4. hij staat boven de wet
[hoeft zich er niet aan te houden]
5. de heren van de wet
[mensen van de overheid]
6. we gaan er geen wet van maken
[geen vaste gewoonte]
7. naar de geest van de wet
[volgens de uitgangspunten ervan]
8. nood breekt wet
[als je erg in de knoei zit, hoef je je niet aan de wet te houden]
9. zijn woord is wet
[wat hij zegt moet gebeuren]
10. door de mazen van de wet kruipen
[op listige wijze de wet ontduiken]
11. trouwen voor de wet
[voor de burgerlijke stand]
12. nood breekt wet
[als je in moeilijkheden zit moet je wel eens dingen doen die verboden zijn]
13. zijn wil is wet
[hij bepaalt de regels]

Zelfstandig naamwoord: wet
de wet
de wetten
het wetje