Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

vrijen

betekenis & definitie

vrijen - regelmatig werkwoord
uitspraak: vrij-en

1. kussen en strelen
zullen we een beetje vrijen?
2. geslachtsgemeenschap hebben
je moet een condoom om bij het vrijen

Regelmatig werkwoord: vrij-en
ik vrij
jij/u vrijt
hij/zij vrijt
wij/zij/jullie vrijen
ik/jij/u/hij/zij vrijde
wij/zij/jullie vrijden
hij heeft gevrijd
vrijend, vrijende

Synoniemen
bespringen, naaien, neuken, paren, tokkelen, vozen, wippen