vergroeien - regelmatig werkwoord
uitspraak: ver-groei-en
1. zich herstellen door te groeien
♢ die scheve rug zal te zijner tijd wel vergroeien
2. aan elkaar groeien
♢ die twee takken zijn met elkaar vergroeid
1. met elkaar vergroeid zijn
[een heel sterke band hebben]
3. verkeerd of krom groeien
♢ door die vergroeide rug loopt hij helemaal scheef
Regelmatig werkwoord: ver-groei-en
ik vergroei
jij/u vergroeit
hij/zij vergroeit
wij/zij/jullie vergroeien
ik/jij/u/hij/zij vergroeide
wij/zij/jullie vergroeiden
hij is vergroeid
de/het/een vergroeide ....
Gepubliceerd op 14-11-2017
vergroeien
betekenis & definitie