Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

uitdrijven

betekenis & definitie

uitdrijven - onregelmatig werkwoord
uitspraak: uit-drij-ven

1. zorgen dat ze naar een andere plaats gaan
♢ het vee werd uitgedreven naar het land
1. kwade vochten uitdrijven
[het lichaam ervan zuiveren]
2. een kind uitdrijven
[door persen uit de moederbuik naar buiten laten komen]
2. met hamers in een bepaalde vorm kloppen
♢ de ronde vorm van de schaal is met de hand uitgedreven

Onregelmatig werkwoord: uit-drij-ven
ik drijf uit (... ik uitdrijf)
jij/u drijft uit (... jij uitdrijft)
hij/zij drijft uit (... hij uitdrijft)
wij/zij/jullie drijven uit (... wij uitdrijven)
ik/jij/u/hij/zij dreef uit (... ik uitdreef)
wij/zij/jullie dreven uit (... wij uitdreven)
hij heeft uitgedreven
de/het/een uitgedreven ....
uitdrijvend, uitdrijvende

Synoniemen
verjagen