uitdenken - onregelmatig werkwoord
uitspraak: uit-den-ken
1. iets in je hoofd halen
♢ wie heeft dit plan uitgedacht?
Onregelmatig werkwoord: uit-den-ken
ik denk uit (... ik uitdenk)
jij/u denkt uit (... jij uitdenkt)
hij/zij denkt uit (... hij uitdenkt)
wij/zij/jullie denken uit (... wij uitdenken)
ik/jij/u/hij/zij dacht uit (... ik uitdacht)
wij/zij/jullie dachten uit (... wij uitdachten)
hij heeft uitgedacht
de/het/een uitgedachte ....
uitdenkend, uitdenkende
Synoniemen
bedenken, beramen, smeden, verzinnen
Gepubliceerd op 14-11-2017
uitdenken
betekenis & definitie