transistor - zelfstandig naamwoord
uitspraak: tran-sis-tor
1. elektrisch onderdeel dat signalen versterkt
♢ in deze oude radio zitten nog transistoren
Zelfstandig naamwoord: tran-sis-tor
de transistor
de transistors of -en
het transistortje
Gepubliceerd op 14-11-2017
transistor
betekenis & definitie