teruggrijpen

betekenis & definitie

teruggrijpen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: te-rug-grij-pen

1. terugkeren naar een eerder punt om van daaruit weer verder te gaan
♢ we grijpen terug naar het eind van de oorlog

Onregelmatig werkwoord: te-rug-grij-pen
ik grijp terug (... ik teruggrijp)
jij/u grijpt terug (... jij teruggrijpt)
hij/zij grijpt terug (... hij teruggrijpt)
wij/zij/jullie grijpen terug (... wij teruggrijpen)
ik/jij/u/hij/zij greep terug (... ik teruggreep)
wij/zij/jullie grepen terug (... wij teruggrepen)
hij heeft teruggegrepen
de/het/een teruggegrepen ....