sneuvelen - regelmatig werkwoord
uitspraak: sneu-ve-len
1. in scherven of stukken vallen
♢ er is een bord gesneuveld bij de afwas
2. om het leven komen
♢ in de oorlog in Irak zijn al duizenden soldaten gesneuveld
Regelmatig werkwoord: sneu-ve-len
ik sneuvel
jij/u sneuvelt
hij/zij sneuvelt
wij/zij/jullie sneuvelen
ik/jij/u/hij/zij sneuvelde
wij/zij/jullie sneuvelden
hij is gesneuveld
de/het/een gesneuvelde ....
sneuvelend, sneuvelende
Synoniemen
breken, knappen, omkomen, verongelukken
Gepubliceerd op 14-11-2017
sneuvelen
betekenis & definitie