smokkelen - regelmatig werkwoord
uitspraak: smok-ke-len
1. in het geheim naar een ander land vervoeren
♢ hij heeft wijn gesmokkeld uit Frankrijk
2. niet helemaal eerlijk werken
♢ de man smokkelt bij het afwegen van de pinda's
Regelmatig werkwoord: smok-ke-len
ik smokkel
jij/u smokkelt
hij/zij smokkelt
wij/zij/jullie smokkelen
ik/jij/u/hij/zij smokkelde
wij/zij/jullie smokkelden
hij heeft gesmokkeld
de/het/een gesmokkelde ....
smokkelend, smokkelende
Gepubliceerd op 14-11-2017
smokkelen
betekenis & definitie