Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

persoonlijk

betekenis & definitie

persoonlijk - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: per-soon-lijk

1. van of voor iedere persoon afzonderlijk
ze geven hem veel persoonlijke aandacht
2. wat met een bepaalde persoon te maken heeft
♢ dit is het persoonlijke eigendom van Harry
1. het is niet persoonlijk bedoeld
[het is geen verwijt aan jou]
2. persoonlijke groei
[ontwikkeling van de persoonlijkheid]
3. iemand persoonlijk kennen
[van dichtbij, heel goed]
4. strikt persoonlijk
[alleen voor de geadresseerde]
5. persoonlijk worden
[beledigende opmerkingen maken]
3. met een eigen karakter
♢ zijn stijl is heel persoonlijk, je herkent die meteen

Bijvoeglijk naamwoord: per-soon-lijk
... is persoonlijker dan ...
het persoonlijkst
de/het persoonlijke ...
iets persoonlijks

Synoniemen
individueel, privé

Tegenstellingen
collectief, gemeenschappelijk, onpersoonlijk, vlak