oorspronkelijk

betekenis & definitie

oorspronkelijk - bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
uitspraak: oor-spron-ke-lijk

1. niet van iemand overgenomen, niet nagemaakt
♢ dit is een oorspronkelijk kunstwerk
2. wat er het eerst was
♢ het oorspronkelijke plan is al goedgekeurd
3. wat er vanaf het begin is
♢ hij moet zijn oorspronkelijke aanleg niet verknoeien

1. in het begin
♢ oorspronkelijk was deze deur blauw

Bijvoeglijk naamwoord: oor-spron-ke-lijk
... is oorspronkelijker dan ...
het oorspronkelijkst
de/het oorspronkelijke ...
iets oorspronkelijks

Synoniemen
onecht, origineel

Tegenstellingen
afgezaagd

Bijwoord: oor-spon-ke-lijk

Synoniemen
aanvankelijk, eerst

Tegenstellingen
tenslotte, uiteindelijk