ontkomen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: ont-ko-men
1. er niet door getroffen worden, niet gepakt worden
♢ hij is aan zijn straf ontkomen
1. er is geen ontkomen aan
[we kunnen er niet onderuit]
Onregelmatig werkwoord: ont-ko-men
ik ontkom
jij/u ontkomt
hij/zij ontkomt
wij/zij/jullie ontkomen
ik/jij/u/hij/zij ontkwam
wij/zij/jullie ontkwamen
hij is ontkomen
de/het/een ontkomen ....
Synoniemen
ontsnappen, ontspringen, ontvluchten, uitbreken, wegkomen
Tegenstellingen
detineren, gevangennemen, opsluiten, vastzetten
Gepubliceerd op 14-11-2017
ontkomen
betekenis & definitie