Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

onbepaald

betekenis & definitie

onbepaald - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: on-be-paald

1. zonder grenzen
hij heeft een onbepaalde volmacht
2. niet precies vastgesteld
wanneer hij thuiskomt, is nog onbepaald
1. onbepaald lidwoord
[geeft aan dat het niet om een specifiek (bepaald) zelfstandig naamwoord gaat, bijvoorbeeld 'een' jongen]
2. onbepaald telwoord
[geeft geen precieze hoeveelheid of een precieze rang aan, bijvoorbeeld 'enige' of 'laatste']
3. onbepaald hoofdtelwoord
[geeft geen precieze hoeveelheid aan, bijvoorbeeld 'enkele' of 'veel']
4. onbepaald rangtelwoord
[geeft de relatieve plaats in een reeks aan, bijvoorbeeld 'middelste' of 'sommige']
3. het is niet duidelijk om wie of wat het gaat
♢ 'men' is een onbepaald voornaamwoord
1. de onbepaalde wijs
[waarin het hele werkwoord gebruikt wordt]
2. onbepaald voornaamwoord
[geeft niet precies aan over wie of wat het gaat, bijv.: iedereen, iets, een of ander(e)]

Bijvoeglijk naamwoord: on-be-paald
de/het onbepaalde ...
iets onbepaalds

Tegenstellingen
bepaald, gegeven

< >