merken - regelmatig werkwoord
uitspraak: mer-ken
1. het in de gaten krijgen
♢ik heb niet gemerkt dat je binnenkwam
1. iets laten merken
[het duidelijk maken zonder direct te zeggen]
2. er een teken op zetten
♢de bomen die weg moeten, zijn gemerkt
Regelmatig werkwoord: mer-ken
ik merk
jij/u merkt
hij/zij merkt
wij/zij/jullie merken
ik/jij/u/hij/zij merkte
wij/zij/jullie merkten
hij heeft gemerkt
merkend, merkende
Synoniemen
bemerken, markeren
Gepubliceerd op 31-10-2017
merken
betekenis & definitie
Alsjeblieft!
Dit artikel kreeg je van Ensie cadeau. Wil je ook bijdragen aan toegankelijke kennis? Klik hier en word vriend van Ensie.