liegen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: lie-gen
1. niet de waarheid zeggen
♢ het is niet waar, je liegt
1. hij liegt alsof het gedrukt staat
[liegt heel erg]
2. dat liegt er niet om
[dat is nogal wat, dat is niet mis]
3. van horen zeggen liegt men het meest (TB)
[je moet niet alles geloven wat je hoort]
4. doe wat je zegt, dan lieg je niet (TB)
[doe wat je belooft]
Onregelmatig werkwoord: lie-gen
ik lieg
jij/u liegt
hij/zij liegt
wij/zij/jullie liegen
ik/jij/u/hij/zij loog
wij/zij/jullie logen
hij heeft gelogen
de/het/een gelogen ....
liegend, liegende
Synoniemen
jokken
Gepubliceerd op 14-11-2017
liegen
betekenis & definitie