fors - bijvoeglijk naamwoord
1. nogal groot
♢ we moeten er wel een fors bedrag voor neertellen
2. met flinke afmetingen
♢ deze taart is fors uitgevallen
Bijvoeglijk naamwoord: fors
... is forser dan ...
de/het forse ...
Synoniemen
aardig, behoorlijk, fiks, groot, maxi
Tegenstellingen
klein, luttel, mini
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk