dempen - regelmatig werkwoord
uitspraak: dem-pen
1. dichtgooien met aarde
♢ de sloot werd gedempt
2. ervoor zorgen dat je het minder goed hoort
♢ door de isolatie werd de herrie een beetje gedempt
Regelmatig werkwoord: dem-pen
ik demp
jij/u dempt
hij/zij dempt
wij/zij/jullie dempen
ik/jij/u/hij/zij dempte
wij/zij/jullie dempten
hij heeft gedempt
de/het/een gedempte ....
dempend, dempende
Gepubliceerd op 14-11-2017
dempen
betekenis & definitie