bijeenkomen - regelmatig werkwoord
uitspraak: bij-een-ko-men
1. bij elkaar komen met een doel
♢ we zijn hier bijeengekomen voor het huwelijk van Senne en Maaike
1. die kleuren komen goed bijeen
[passen goed bij elkaar]
Regelmatig werkwoord: bij-een-ko-men
ik kom bijeen (... ik bijeenkom)
jij/u komt bijeen (... jij bijeenkomt)
hij/zij komt bijeen (... hij bijeenkomt)
wij/zij/jullie komen bijeen (... wij bijeenkomen)
ik/jij/u/hij/zij kwam bijeen (... ik bijeenkwam)
wij/zij/jullie kwamen bijeen (... wij bijeenkwamen)
hij zijn bijeengekomen
de/het/een bijeengekomen ....
Gepubliceerd op 14-11-2017
bijeenkomen
betekenis & definitie